Het verschil tussen dynamische en statische stabiliteit in training hangt af van het toevoegen van dynamische of statische verstoringen op het te trainen deel van je lichaam en de snelheid waarmee dat wordt gedaan.
Wat is stabiliteit?
stabiel – Bijvoeglijk naamwoord 1. niet of slechts licht aan verandering onderhevig, standvastig, duurzaam, stevig, permanent
Balans, oftewel evenwicht, zorgt ervoor dat je niet omvalt als je bijvoorbeeld loopt, staat of fietst. Kleine kinderen hebben moeite met staan en lopen omdat hun evenwichtsorgaan nog niet ontwikkeld is en ouderen hebben moeite met hun balans omdat ze minder (kunnen) bewegen.

De definitie van stabiliteit van een lichaam is het vermogen van het lijf om een specifieke, voorgeschreven conditie vol te houden. Het concept stabiliteit hangt nauw samen met het evenwicht van het lichaam. Als de netto krachten en momenten die worden uitgeoefend nul zijn, is het lichaam in die conditie in evenwicht; de lift is dan gelijk aan het gewicht, de stuwkracht is gelijk aan de weerstand en er is geen moment van kracht dat op het lichaam inwerkt.
Stabilteit en Tensegriteit.
Deze twee lijken heel veel op elkaar, maar zijn niet hetzelfde. Bij stabiliteit gaat het om krachten op het lichaam van buitenaf. Bij tensegriteit hebben we het juist over krachten in het lichaam. Wil je meer weten over tensegriteit? Kijk dan even dit filmpje:
Verstoringen
Als je het lichaam verstoort, (of een vorm van statische onbalans geeft) terwijl het in balans is, is er een uitdaging op de stabiliteit en zal het heel hard moeten werken om in evenwicht te blijven.
Neurofysiologische redenen om aan te nemen dat controle bij (langzame) lage impact verwerking en bij (snelle) hoge impact verwerking verschillen: signalen uit spierspoeltjes, gewrichten, peessensoren, en huidsensoren zorgen voor rompbalans. Deze signalen corrigeren houding en beweging en duren 25 tot 100 milliseconden. De werking van cocontracties van agonisten en antagonisten zorgt voor de nodige stijfheid en veerwerking rond het gewricht en heeft een reactietijd van vrijwel 0 seconden. Om precies te zijn via de open loop. Lees ook meer over PEC en SEC elementen en de veerwerking in deze blog.

Stabiliteitstraining
Er zijn drie fasen in stabiliteitstraining: geïsoleerd, basis controle en functionele controle. De productie van kracht gaat onder andere via het zenuwstelsel. De neurale componenten van kracht laten zien, dat kracht een belangrijke coördinatieve component heeft op verschillende niveaus:
Op spierniveau ( mechanische en anatomische aspecten van kracht en vermogenslevering),
Op neuromusculaire overgang, het “alles of niets”- principe van spierprikkeling,
Het ruggenmerg: schakelingen die invloed van buitenaf verwerken om het uitgansniveau van de kracht verder kunnen aanpassen,
Centraal, de rol van het brein. De hersenstam, de kleine en grote hersenen.
Wanneer is het belangrijk om ook je dynamische stabiliteit te trainen?
Het antwoord is eigenlijk: altijd. Je wilt namelijk in het dagelijks leven ervoor zorgen dat je lichaam kan dealen met de verstoringen. je wil dat het snel een antwoord heeft op een verstoring die je niet eerst kunt overdenken in een beweging.
Bij traditionele krachttraining zul je voornamelijk trainen op statische stabiliteit. Je krijgt genoeg tijd om alles te doorlopen. De hersenstam zorgt ervoor dat je een beweging kunt maken door na te denken over je techniek. Een leuk voorbeeld is bijvoorbeeld de pallof- press, of een splitsquat- chopper. Je daagt hierbij het lichaam uit tot een snelle beweging in het bovenlichaam, terwijl het vanonder stabiel moet blijven staan.
Door snelheid en meer verstoringen toe te voegen aan je training, zal het zenuwstelsel minder tijd krijgen om na te denken. Het moet direct actie ondernemen om te zorgen dat je de balans houdt. Voordat je nu de BOSU bal erbij pakt en denkt dat je je stabiliteit traint… Nee!! Je traint hier dus vooral je balans en hoopt stabiliteit te vinden. Een BOSU- ball niet de eerste go- to om je stabiliteit te vinden. Denk eerder aan earthquake barbells, aan aquabags en elastieken waar iemand aan trekt. De bosuball werkt heel locaal op het deel waar je contact hebt met de BOSU, terwijl bovengenoemde materialen juist effect hebben op de gehele beweging.
Voor blessurepreventie, om co-contractietraining te bewerkstelligen en überhaupt je beweegpatroon te optimaliseren, kan ik je zowel dynamische als statische stabiliteitstraining van harte aanraden. Van grote teen tot mindset.
Wil je aan de slag met trainen? Boek dan snel een kennismakingsgesprek in!
Een gedachte over “Dynamische en statische stabiliteit”